Grote Trip door de Outback! Deel 1
Vanaf Port Augusta begon onze lange grote trip door de outback beginnen. Dit is het laatste stadje voor de outback en zijn hier naar het outback information centre gereden. We hoorden van veel mensen dat de outback best gevaarlijk kon zijn en je daarom veel voorzorgsmaatregelen moest nemen. We hadden daarom extra eten en water ingekocht ( elk 20 liter). We vroegen ook daar of we extra benzine mee moesten voor het geval we niet genoeg tankstations onderweg tegenkomen. Was totaal niet nodig. De langste weg die we gereden hebben in de outback was ongeveer 270 km, niks dus. En ze vertelde ons ook dat we vooral niet moesten stoppen als er een auto langs de weg met pech stond. Ook melden bij de politie dat we de outback in gingen was niet nodig. Harry hadden we al laten checken in de garage in Adelaide en hadden afgesproken dat hij ons de komende tijd niet in de steek zou laten…
We hebben 2 dagen op een camping gestaan in Port Augusta naast een football club. Hier zijn we savonds dan ook even wezen kijken en hebben hier gezellig een biertje gedronken met een paar ouwe locals. Savonds moesten we om half 10 terug zijn op de camping omdat het hek dichtging, en om precies 12 uur was Dennis jarig dus hebben we even flink gefeest in de tent op de muziek van onze mobieltjes..
De volgende dag was het dan zover, de grote trip door de outback kon beginnen. Sochtends om 8 uur reden we weg uit Port Augusta totdat we in de haven opeens 5 dolfijnen uit het water zagen springen. Wij snel terug gereden, de steiger opgelopen en vanaf hier hebben we ze van dichtbij kunnen zien. Af en toe sprong er 1 ver uit water uit en sloeg dan met zijn staart op het water. Een man naast ons vertelde dat ze dat doen om de vissen te laten schrikken, zodat ze bewusteloos raken en vervolgens opgegeten kunnen worden…
Na dit spectakel gezien te hebben kon de reis eindelijk beginnen. De eerste paar kilometers vanaf Port augusta waren regenachtig met veel wind en vooral erg koud, dus niet echt wat je van de outback verwacht. Na ongeveer een uur begon het droger te worden en het werd ook wat warmer buiten. Het landschap werd steeds vlakker en er was steeds minder te zien links en rechts van de weg. Het viel ons op dat alles best groen was nog, veel struiken en planten langs de weg en dus niet echt het woestijn idee. Ook de weg liep niet zoals op foto’s alleen maar recht door maar kwamen juist veel bochten tegen ( dit doen ze misschien ook om je wakker te houden). Maar over het algemeen is er gewoon niks te zien dan alleen maar land wat uren hetzelfde blijft. Af en toe kwam er een auto tegemoet rijden of moesten we een Roadtrain inhalen ( 55 meter lang) en dat was ook alles.
Coober Pedy
Na ongeveer 7 uur gereden te hebben en aardig wat kramp in de kuiten stopten we bij het stadje Coober Pedy. Coober Pedy is een stad met ongeveer 5000 inwoners midden in de outback. Dit stadje staat alleen maar bekend om zijn opaal. Veel gelukszoekers uit heel australie komen hierheen om in de mijnen te werken op zoek naar opaal. 1 keer in de zoveel jaar vind er wel iemand een grote waarde aan opaal. Een klompje goed helder blauw opaal kan toch al een paar ton waard zijn.
Maar het mooiste van Coober Pedy is dat iedereen ( meeste mensen) hier onder de grond leven ( kan er soms boven de 50 graden zijn). Het is echt een mysterieus stadje als je er overdag doorheen loopt. Je ziet niemand op straat, (af en toe een dronken Aborginal alleen) meeste winkels zijn dicht, echt een uitgestorven stadje.
Wij hebben hier uiteraard ook in een hostel geslapen onder de grond ( 15 meter). Dit hostel is vroeger een opaalmijn geweest, hebben er niks gevonden en hebben er toen van de gangen in de mijn kamers gemaakt. De temperatuur hier onder de grond blijft ook altijd rond de 24 graden dus hebben het snachts niet koud gehad.
Andere plekken die we in Coober Pedy bezocht hebben zijn de Golf Course. Deze golfbaan ligt in een dal van een berg en is helemaal vlak gemaakt. Er ligt alleen geen gras maar zand. Naast de golf course zat een ondergrondse pottebakkerij waar we even gekeken hebben. Deze man maakte alle potten zelf onder de grond en had een eigen souvenierswinkeltje erbij waar hij alles verkocht.
Hierna zijn we nog naar een ondergrondse kerk geweest, opalshop bezocht en hebben daarna een mijntour gedaan, de old miner. Dit is vroeger een opaalmijn geweest en op sommige stukken in de mijn hebben ze nog grote stukken opaal in de rots laten zitten met een geschatte waarde van 50.000 dollar. En misschien zit er nog wel meer achter dus wij dachten gelijk van, sluit de tent en haal alles er uit!! $$$$
We hebben hier ook kunnen zien hoe de mensen die hier vroeger werkte, leefde en woonde onder de grond. Woonkamer, slaapkamer, badkamer, alles was nog precies hetzelfde. Daarna hebben we zelf nog gezocht naar opaal op een berg en ook wat gevonden! Dus wij dachten kassa…maar volgens de man van de opaalshop was het stukje maar 3 dollar waard..helaas!
Ook had Coober Pedy deze dag een jarige job. Dennis werd deze dag 26 dus daar moest een biertje op gedronken worden. Hebben savonds pizza gegeten en daarna een paar biertjes gedronken in een hotel met een bar onder de grond off course!
Uluru en Kings Canyon
Voordat we Coober Pedy uitreden zijn we vervolgens eerst naar de breakaways gereden, ongeveer 30 km de outback in. Hier hebben we mooie witte en gele bergen gezien. Ook hebben er hier het Dingo Fence gezien. Dit is een hek wat van west tot oost Australie is aangelegd om dingo en honden af te schermen van het boerenland en vee.
De volgende stop was de Uluru, engelse naam Ayers Rock. Dit is een hele grote oranje rots midden in de outback. We moesten hiervoor wel eerst 700 km rijden en de benzineprijzen werden langzamerhand steeds hoger, soms wel 1,75 per liter ( normaal 1,15). De weg naar de Uluru werd steeds rustiger en het landschap werd ook steeds meer rood. Dit is in de loop der jaren zo ontstaan door regen wat in het steen is gaan zitten en is gaan roesten door de zon.
Het viel ons op dat we op deze weg toch nog best veel dieren tegenkwamen in het wild. Koeien die opeens de weg overlopen, wilde paarden, kamelen. Ook stonden er geregeld reptielen langs de weg dus dan was het gelijk op de rem en even kijken. Je ziet heel veel Thorny Devils op de weg staan ( Stekelachtige Oranje met gele rug). Schijnt dat ze bloed uit hun ogen kunnen spuiten om vliegen te vangen. Wij snel foto’s gemaakt maar 5 min later reed een vrachtwagen over hem heen…
Een uur later kwamen we een Ghoanna van bijna 2 meter lang tegen die langs de weg stond. Echt een beest van TV die je nu eindelijk in het echt ziet. We zijn hem een stuk gevolgd ( wisten toen niet of die gevaarlijk was) en hebben een filmpje kunnen maken. Heel mooi beest!
Voor de rest hebben we veel grote roofvogels langs de weg gezien die vaak van dode dieren zoals kangaroo’s aan het eten waren. Veel australische mensen waarschuwde ons voor de vele kangaroo’s in de outback…hebben er geen 1 gezien….
Rond 6 uur savonds kwamen we aan bij de Uluru. Hier zaten al hele groepen mensen op stoelen te wachten om over ongeveer 2 uurtjes foto’s te kunnen maken. Met zonsondergang en zonsopgang schijn de rots het mooiste te zijn omdat hij dan veranderd van kleur. We zijn toen naar de rots gereden en was van dichtbij echt gigantisch groot. In het midden van de rots was een soort van klein meertje met wat palmbomen. We hebben savonds wat foto’s gemaakt en zijn toen doorgereden naar een tankstation ( Road House) waar we gratis konden kamperen.
De volgende dag zijn we weer vroeg ons bed uitgegaan en zijn gereden richting Kings Canyon. Dit is ook een grote berg midden in de outback maar anders dan de Uluru. Deze berg heeft verschillende lagen steen, eeen beetje Thaise stijl, sommige stukken lijken op tempels. Hier hebben we een walking track gedaan van 3 uur door de berg. We hadden hier gelukkig onze vliegennet bij ons, want zonder hadden we het niet overleefd. Soms zaten er wel 40 a 50 op je lichaam. Na een uur liepen we een stuk naar beneden en kwamen we uit bij een klein meertje ( soort Oase) met palmbomen en mooie vogels. Je kon hier ook zwemmen maar dat hebben we niet gedaan. Veel mensen bezoeken vaak alleen de Uluru maar de Kings Canyon was toch zeker wel veel mooier.
Hierna zijn we de auto ingestapt en wilden dezelfde avond nog in Alice Springs aankomen. Veel wegen daar in de outback hebben floot ways, dus sommige stukken weg lagen liggen lager. Na avonds 2 uur in het donker te hebben gereden ( met 70 km per uur) kwamen we aan in Alice Springs. Hier hoorden we een dag later dat de weg die we gister hadden gereden helemaal onder water stond door hevige regen. Hebben we toch weer even geluk gehad…
6 comments